SGB-BGD 007E0163
X : 177730
Y : 232658
Depth : 67.00
PL.HOOGSTRAETEN 7E Service géologique
de Belgique
163 (VI) Coupe du forage du puits artésien
creusé au Pensionnat des Soeurs Ursulines à Hoogstraeten
en décembre 1913.
(Communication de M. Jules Vanden Bosch, de Wetteren).
Profondeur:
Mètres
Terre végétale 0.00 1.00
Sable blanc avec traces brunes 1.00 2.00
Sable blanc jaunâtre 2.00 3.00
Sable blanc-jaunâtre 3.00 4.00
Sable gris brun 4.00 5.00
Sable gris brun avec tourbe 5.00 6.00
Sable gris brun 6.00 7.00
Sable gris brun 7.00 10.00
Sable blanc gris grossier 10.00 13.00
Sable foncé 13.00 15.00
Sable argileux foncé 15.00 16.00
Argile sableuse foncée 16.00 18.00
Sable foncé 18.00 19.00
Sable gris brun 19.00 20.00
Sable très foncé 20.00 21.00
Sable grisâtre 21.00 23.00
Sable foncé 23.00 24.00
Sable argileux foncé 24.00 25.00
Sable grisâtre avec traces brunes 25.00 29.00
Sable grisâtre très foncé 29.00 32.00
Sable gris blanc 32.00 36.00
Sable gris foncé 36.00 38.00
Sable gris blanc 38.00 42.00
Sable gris foncé 42.00 46.00
Argile schistoïde en morceaux 46.60 47.00
Argile gris-foncé 47.00 51.00
Argile schistoïde 51.00 51.30
Argile très foncée 51.30 54.00
Sable foncé argileux 54.00 55.00
Sable argileux très foncé 55.00 60.00
Sable très foncé avec écailles 60.00 66.00
Sable très foncé 66.00 67.00
Le niveau de l'eau est à 1m90 en temps de repos.
Le rendement du puits avec une pompe ordinaire est de
4.000 litres à l'heure.
-----------------------------------------------------------------------
PL.HOOGSTRAETEN 7E Aardkundige Dienst
F.Corin van België
163 (vervolg)
Filterput
uitgevoerd te HOOGSTRATEN,
Kostschool der Ursulinen,
door M. SMET te DESSCHEL.
Topographische ligging opgeteekend door V. Collard,
den 30-6-1939.
Grondstalen verzameld door den boormeester.
Aanvang en einde der werken: Juni 1939.
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Einddiameter: 200 mm.
Diepte van het water, bij ruststand: 1m50;
tijdens het pompen: 3m25
met een debiet van 10.000 liters per uur.
Benaderende hoogte van het maaiveld, boven den zeespiegel: 18
Volg- AARD DER GRONDLAGEN Diepte
nummer m.
1* Zeer fijn geelachtig wit zand met glimmers 1.00
2* Witachtig zand met glimmers, midden gekorreld,
met zeer fijne vulling van witte stof;
bruinachtig verweerd 2.00
3 Idem, bruinachtig 3.00
4* Fijner grijs-bruin glimmervoerend zand 4.00
5 Idem 5.00
6* Idem, iets donkers, met humus 6.00
7-11 Idem 7.00 11.00
12* Fijn kleiachtig geel-grijs zand, met glimmers 12.00
13-15 Idem 13.00 15.00
16* Zeer fijn glimmervoerend grijs-geel kleiachtig
zand 16.00
17-20 Idem 17.00 20.00
21* Fijn grijs glimmervoerend kwartsachtig zand 21.00
22-23 Idem 22.00 23.00
24*-25 Geelachtig zandachtige klei met glimmers 24.00 25.00
26* Grijze schilferige klei, met glimmers 26.00
27*-30* Grijs-bruin zand, iets kleiachtig 27.00 30.00
31*-42* Zeer fijn grijs, kwartsachtig zand, met
glimmers voerend maar beneden iets geler 31.00 42.00
Vermoedelijke aardkundige verklaring (F.Corin, 3-8-1939):
Plioceen: 42 m.