084E1374

084E1374 Servicegéologique
Pl. Oudenaarde 15 octobre 1883 de Belgique
M. Gulinck
De cauborre à Vosbeke.
1374(IX)
BORING-FILTERPUT uitgevoerd te Oudenaarde bij het hospital door de firma
BEHIELS
Datum: juni 1966
Topografische ligging opgetekend door W.CLAESSENS, de 8.6.1966
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode: met inspoeling en erknboor
Opeenvolgende doormeters: 350mm-300mm filter
Grondwaterstanden: voor de eerste maal waargenomen:
bij ruststanden: tijdens het pompen:
met een debiet van l/u
Hoogte van het maaiveld: 11m
Totale diepte: 148m


Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN Diepte m.

1 Bruine leem 1.50-2.00
2 Humeuse leem met schelpjes 2.00-3.00
3-4 Veenhoudende leem 4.00
5 kalkrijke leem 5.00
6 kalkrijke leemrijke zand 5.50
7-8 Idem 8.00
9-10 bruin, leemhoudend zand, veel schelpen 12.00
11-12 Bruine fijne zandige leem, kalkrijk 16.00
13 Grof grind (silex – paniseliaan – kwarts) 17.00
14-15 Grijsachtige mergelige leem fijn zandhoudend enkele rol
keien 21.00
16 Grijze silthoudende klei, geen kalk 23.00
17-24 Idem 39.00
25-31 Idem 54.00
32 Bleek grijsgroen zeer fijn zand 56.00
33-38 Idem 66.00
39-44 Grijsgroene silt-licht kalkhoudend, licht verhard 78.00
45 Idem en groene pyllanden met doorboorde oppervlakte
(lithoplagen) 82.50



Gekernd doormeter 135mm
82.50-85.00 L= 2.00
roche silteux vert très clair, homogène, traces de bioturbation stratification
à 30° (?) x de pyrite altérée 84.00
85.00-88.00 L= 2.45
même roche, encore altérée sur 1m incl. environ 30° 86.00
88.00-89.50 L=1.55
idem incl. environ 30° pistes en bilobités aplaties
89.50-91.50 L=1.00
phyllade gris vert clair – localement joint chloriteux 90.00
91.50-94.50 L=1.45
Idem
94.50-97.50 L=50
au sommet: fragment de quartzite avec galène même phyllade – traces
filamenteuses 94.50
97.50-101.00 L=2.50
phyllade silteux gris clair, quelques limés chloriteux quelques faibles ta-
ches rosatres incl. environ 27° 95.00
101.00-106.00 L=1.50
Idem 101.00
106.00-110.00 L =1.15
même roche, fracture verticale, quelques traces de chlorite avec nombreu-
ses taches rosées (altération) 110.00
110.00-113.00 L=1.00
même roche, plus verte 113.00
113.00-116.00 L=1.30
phyllade vert clair 115.00
116.00-120.00 L=1.40
phyllade vert quelque pyrite, quelques taches rosatres 120.00
120.00-124.50 L=1.20
phyllade localement rosé, ensuite vert
124.50-128.00 L=1.80
phyllade verdâtre, finement bioturbé, localement lentilles rosatres 125.00
128.00-131.00 L=2.10
même roche, traces vermiculées (chondrites) 130.00
131.00-135.00 L=3.00
phyllade vert finement bréchique dans la masse, croutes siliceuses interca- 135.00
lées traces filamenteuses claires 134.00
135.00-139.00 L=2.75
phyllade vert, limés chloriteux, zones finement bréchiques (ou slumpées)
139.00-142.50 L=3.50
phyllade grisvert à cassure irrégulière ensuite très localement régulier 140.00
142.50-145.00 L=2.65
phyllade gris vert, quelques enduits siliceux 145.00
145.00-148.00 L=1.70
même roche, enduits carbonatés 147.00


AARDKUNDIGE VERKLARING : M. CULINCK, R. LEGRAND, de 13.10.1966

Kwartair: 0-21.00
Ieperiaan: 21.00-54.00
Landeniaan: 54.00-82.50
Devilliaan
(ass. Oisquerq – DvmC) 82.50 – 148.00