076W0364

ADMINISTRATIEVE & TECHNISCHE GEGEVENS
- -----------------------------------------------------------------------
Kaart-Nr: 076W
PLAAT: Diest
Nr: 364
Type Boring: 3002-07 (nr 77)
Topografische kaart: 25/5
Uitgevoerd te:
Postnr:
Adres boorplaats:

Opdrachtgever: VMW
Boorfirma: SMET GWT
Boordatum: 11/10/2010
Topografie:
Stalen door:
Boringsmethode:
Lengte & doormeters:

Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust:
Tijdens pompen:
Debiet :
Waterzaaknr:
Totale diepte: 116m
Stalen bewaard: ja
Maaiveld/ref. peil:
X: 196809
Y: 186334
Boorgatmetingen neen
-------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
-------------------------------------------------------------------------
Top * Basis * AARD DER GRONDLAGEN
-------------------------------------------------------------------------
Voorafgaandenlijke opmerking : monsters verdroogd (mindere kwaliteit van
beschrijving)

000.00 – 001.00 grijsbruin licht lemig zeer fijn silteus zand
001.00 – 002.00 grof sterk lemig zand met ijzerzandsteen,
limonietrijk, roestigbruine kleur
002.00 – 003.00 idem, ijzerzandsteen in de vorm van
bioturbatiegang
003.00 – 004.00 idem, ijzerzandsteen is limonietrijk, met
verweerd silexgrindjes (gebroken en vervolgens
gerold)
004.00 – 005.00 geelbruin zeer grof (1mm) licht glauconiethoudend
(zwart matig grove, verweerde glauconiet); zeer
lichte leembijmenging maar zand is slibloos met
leemfilm rond de korrels
005.00 – 006.00 zelfde zand met ijzerzandsteenbrok; zand blijft
slibvrij
006.00 – 007.00 zelfde zeer grof zand
007.00 – 008.00 idem
008.00 – 009.00 idem; glauconiet wordt donkergroen
009.00 – 010.00 zelfde zand
010.00 – 011.00 ± idem, tussen het grove zand toename van de
fijne silteuze fractie
011.00 – 012.00 idem; zandkorrels niet alleen met geelbruine maar
ook roodachtige leemfilm rond de korrels
012.00 – 013.00 idem
013.00 – 014.00 idem, wordt eerder roodbruin dan geelbruin
014.00 – 015.00 grijsbruin zeer grof en slecht gesorteerd,
verweerde glauconiethoudend, lemig zand (leem als
laag rond de korrels), met granulegrind
015.00 – 016.00 roodbruin verweerd, sterker glauconiethoudend
(25%) grof maar beter gesorteerd, licht lemig
zand, zachter aanvoelend (Tertiair uitzicht)
016.00 – 017.00 ± zelfde zand met kleine granule, en platte
lensjes in kleiig zand
017.00 – 018.00 ± idem, terug iets minder glauconiet (<20%); zand
word geleidelijk groenig grijs; roodbruin enkel
in oxidatiecontact zone
(monster lithotheek)
018.00 – 019.00 groengrijs roestbruin oxiderend lemig slecht
gesorteerd matig grof zand met zeer grove
kwartskorrels, glauconiethoudend
019.00 – 020.00 ± idem, maar zonder oxidatiekleur
020.00 – 021.00 ± idem, zonder zeer grove korrels
021.00 – 022.00 blijft bruingrijs lemig zand (wordt sterker lemig
naar onder), zeer slecht gesorteerd, van silt tot
zeer grof (2mm) met overwicht grof, slechts licht
glauconiethoudend ( < 10%) (terug Quartair
uitzicht)
022.00 – 023.00 wordt iets beter gesorteerd, overwegend matig-
grof zand, met bruinrode film rond de korrels,
nog slechts licht lemig
023.00 – 024.00 lemig groengeelbruin matig grof zand met silt
bijmenging, met veel kwartsgranule;
glauconietgehalte blijft laag (10 – 15%)
024.00 – 025.00 ± zelfde zand, meer lemig, zonder granule, met
minder geoxideerde groengrijze nesten
025.00 – 026 .00 zelfde zand, meer geelgroen gekleurd, sterk lemig
(slibrijk)
026.00 – 027.00 zand wordt zeer grof, glauconietarm, slibrijk
maar minder sterk lemig
(monster lithotheek)
027.00 – 028.00 ± idem, met grove heldere meer afgeronde kwarts
en roodverweerde glauconiet, in lemige
groengrijze matrix
028.00 – 029.00 wordt terug grof, met weinig fijne granule,
gewone kleifilm rond de korrels, glauconiet wat
kleiner
029.00 – 030.00 ± idem, grof met minder leem bijmenging
030.00 – 031.00 idem
031.00 – 032.00 idem
032.00 – 033.00 idem
033.00 – 034.00 ± idem, blijft geelgroengrijs licht lemig zand,
wat vergrovend tot zeer grof slecht gesorteerd;
kleifilm rond de korrels; glauconiet wat
fijnkorreliger maar toch ook grof
034.00 – 035.00 kleur en faciesverandering naar groengrijs sterk
silteus matig-grof zand
035.00 – 036.00 donkergrijs sterk silteus fijn tot matig-grof
zand, met bollen in helgroen sterk kleiig
middelmatig zand; met grijze venige klei met
ligniteuze venige klei tussenschakelingen
036.00 – 037.00 donkergrijs overwegend middelmatig slibhoudend,
wat lemig zand, met blekere nesten lichtgrijs
iets minder grof zand en donkergroen-grijs kleiig
fijner zand
037.00 – 038.00 blijft dezelfde mengeling van heldergrijs, grof,
licht lemig, zeer licht glauconiethoudend zand,
met bollen in donkergrijs venig zand
038.00 – 039.00 faciesverandering naar groen, kleiig, overwegend
matig fijn zand
039.00 – 040.00 terug groengrijs overwegend grof licht lemig zand
met helder kwarts; ook meer glauconiethoudend
040.00 – 041.00 idem, met sporadisch zeer grove kwarts (2mm)
041.00 – 042.00 bleekgroengrijs matig-grof, zeer licht lemig,
glauconietrijker (1/3) zand, met helder kwarts en
frisse zwarte glauconiet; met kleine hardere
nesten (2-3mm) in grijsgroen meer kleiig zand
042.00 – 043.00 idem zand, met fijne kleiige lamellen
043.00 – 044.00 idem, glauconietgehalte loopt op tot 50%; kwarts
en glauconiet even grof (> 0,5mm), bijna
slibvrij, met dikkere lenzen in donkere zandrijke
klei
044.00 – 045.00 wat slibrijker, iets slechter gesorteerd, minder
glauconiet die niet in de grofste fractie zit,
blijft zacht van aanvoelen
045.00 – 046.00 blijft wat minder goed gesorteerd zand met zeer
grove kwartskorrels; glauconiet blijft < 50% (tot
1/3); met lenzen in donkergroengrijs kleirijk
zand
046.00 – 047.00 wordt donkerder kleiig zand bestaande uit zelfde
korrels (met sterke kleifilm)
047.00 – 048.00 terug grof glauconietrijk slibarm zand, met goed
afgeronde maar onregelmatige kwarts van
verschillende oorsprong (wit, helder, geel) en
ook glauconiet van verschillende oorsprong (meer
of minder gelobd en dan juist meer gebroken,
zwart of verweerd tot beige bruin glanzend)
048.00 – 049.00 idem
049.00 – 050.00 idem nesten van donkergrijs sterk silteus zand
051.00 – 052.00 ± idem, terug slibvrij
(monster lithotheek)
052.00 – 053.00 idem
053.00 – 054.00 idem, blijft overwegend helder kwarts (glauconiet
=50%)
054.00 – 055.00 idem
055.00 – 056.00 idem, met bollen van fijn kleirijk zand
056.00 – 057.00 idem
057.00 – 058.00 blijft zeer grof, terug meer slib (groen
gekleurd); korrels van verschillende oorsprong
058.00 – 059.00 ± idem, met bollen in groene zandige siltige klei
059.00 – 060.00 idem
060.00 – 061.00 scherp contact met grijze klei
061.00 – 062.00 grijze klei, wat meer silteus
062.00 – 063.00 grijze klei, licht silteus
063.00 – 064.00 grijze klei
064.00 – 065.00 grijze klei, licht silteus
065.00 – 066.00 grijze klei
066.00 – 067.00 grijze klei
067.00 – 068.00 grijze meer vloeiende silteuze klei
068.00 – 069.00 idem
069.00 – 070.00 grijze klei
070.00 – 071.00 donkergrijze siltige klei met fijn bleekgrijs
kwartszand
071.00 – 072.00 fijn bleekgrijs kwartszand met middelmatige grove
heldere mica's en weinig schelpgruis; zand is
licht lemig; vermengd met kleilamellen; met matig
grove tot grove troebele kwarts (gelig) en
lobvormige frisse donkere glauconiet (in klein
aantal, maar door grootte wel opvallend)
072.00 – 073.00 bleek beigegrijs licht slibhoudend fijn homogeen
kwartsrijk zand met enkele % middelmatige
glauconiet; met groengrijze kleilamellen
(monster lithotheek)
073.00 – 074.00 idem, met donkergrijze kleilamellen
074.00 – 075.00 ± idem, zelfde bleek beigegrijs fijn zand met
enkele % overwegend fijne glauconiet; zelden wat
grover (middelmatige) kwarts- en
glauconietkorrels; vrijwel slibvrij, zand voelt
zacht aan
075.00 – 076.00 zelfde zand, met kleine ronde rode versteningen
(3mm in doormeter) en bleekgroengrijze
kleilamellen
076.00 – 077.00 ± zelfde matig-fijn helder kwartsrijk zand, zeer
licht glauconiethoudend, vrijwel slibvrij, met
enkele grove (1-2mm) melkkwarts; kwartskorrels
van onregelmatige vorm maar goed afgerond en mat
van oppervlak
077.00 – 078.00 ± zelfde matig-fijn zand, wat vetter door silt
bijmenging, steeds micahoudend en met grovere
korrels en met rode kleine versteningen, grijze
kleilamellen maar ook donkergrijze
zandsteenfragmenten, tot 1cm groot
078.00 – 079.00 ± idem, met versteningen en kleilamellen, vrijwel
slibvrij op fijne silteuze kleilamellen na (die
geen naval uit de Boomse klei zijn)
079.00 – 080.00 blijft ± zelfde slibarm matig-fijn zand, met wat
bleekbruingrijze silthoudende kleilamellen;
kalkloos
080.00 – 081.00 blijft bleek beigegrijs homogeen, slibarm,
micahoudend, zeer licht glauconiethoudend
kwartsrijk zand (helder kwarts) met enkele
grovere kwartsen, zonder versteningen of
kleilamellen
081.00 – 082.00 zelfde zand vermengd met silexgrind, bestaande
uit zwarte onregelmatige, meest afgeplatte silex-
rolkeien (2cm), ook gebroken maar mat afgeronde
silexsplinters (2mm), wat oranjerode zandsteen-
bolletjes (3mm) en grof (0,5-2mm) mat afgerond
kwartszand; met compacte brokkelige
bleekgroengrijze klei
(monster lithotheek)
082.00 – 083.00 matig fijn slecht gesorteerd kwartsrijk
bleekgrijs zand, slibvrij, met meer hoekige
donkere korrels (gebroken grove glauconiet ?),
nog wat oranje zandsteenbolletjes (die Gulinck
heeft beschreven), roodachtige limoniet-
fragmentjes (1-2mm) die soms afgerond zijn, zeer
fijne (1mm) kleilamellen
083.00 – 084.00 zelfde bleekbeigegrijs fijn kwartszand, met
grovere korrels (kwarts en verweerde glauconiet;
glauconietgehalte echter <1%, met talrijke
donkergrijze platte ronde silex-rolkeitjes (1-
2cm), intern caramelbruin wanneer gebroken)
084.00 – 085.00 ± zelfde zand maar meer gemengd met silex,
kleilamellen en zeer grove ronde kwartskorrels
085.00 – 086.00 ± idem, zonder grove ronde kwartskorrels, maar
met grote (3-4cm) brokken in beigebruine kleiige
compacte silt opvallend fijn micarijk; nog steeds
silex
086.00 – 087.00 ± zelfde fijn zand, meer slibrijk, met silex en
oranje zandsteenbolletjes; met diverse
kleilamellen (donkergrijs, grijs) en grote
brokken in licht groengrijze kleiige compacte
silt, fijn micahoudend, en vermoedelijk
doorworteld (sterk gemengd)
087.00 – 088.00 bleekgrijs matig fijn kwartsrijk zand, met enkel
% glauconiet en fijne kleilamellen, voornamelijk
donkergrijze slijkerige klei, ook vaster
bruingrijze klei
088.00 – 089.00 ± idem, zand met grote brokken in harde grijze,
bruin oxiderende klei en groengrijze vaste
kleiige silt
089.00 – 090.00 hoofdzakelijk zelfde bleekgrijs matig fijn licht
gespikkeld kwartsrijk zand met lamellen in groene
tot kakibruine silteuze klei
090.00 – 091.00 idem, zelfde mengeling, steeds oranje
zandsteenbolletjes
091.00 – 092.00 zelfde zand met grote fragmenten (4cm) van
bleekgroengrijze compacte siltige klei,
gebioturbeerd met graafgangen gevuld met zand (2-
5mm doormeter), met organische gemacereerde
fossielresten (vermoedelijk plantaardig)
092.00 – 093.00 bleekgrijs fijn, zwart gespikkeld, licht
slibhoudend kwartsrijk zand (blijft helder
kwarts); donkere korrels zowel verweerde
glauconiet als houtig veen; ook groter fragmenten
van uitgerafeld houtig veen (tot 3 mm) en
gepyritiseerde veenfragmenten; blijft micahoudend
093.00 – 094.00 zelfde zand maar meer bleekgroengrijze siltige
harde klei; met pyrietvlekken en fragmentjes
organisch materiaal
(monster lithotheek)
094.00 – 095.00 terug dominerend zand met minder beigegroene,
bruin oxiderende klei, een zeldzame
bioklastkorrel
95.00 – 096.00 terug hoofdzakelijk fijn bleekgrijs (bijna
asgrijs) gespikkeld kwartszand, slibvrij; donkere
spikkels gebroken verweerde glauconiet; bijna
geen kleine (2mm) kleilamellen
096.00 – 097.00 bleekgrijs fijn gespikkeld zand (tot 10%
glauconiet) met meer grove kwartskorrels (1mm)
opvallend veel grote mica's; enkele bioklasten
(fijn schelpengruis)
(monster lithotheek)
097.00 – 098.00 vrijwel zuiver slibarm bleekgrijs fijn homogeen
lichtgespikkeld zand, met grote mica's
098.00 – 099.00 ± idem, enkele grovere korrels (0,5-1mm) in
meerkleurige kwarts, bijna slibvrij
099.00 – 100.00 zelfde zand met wat brokken in harde groengrijze
klei (tot 1cm) en in donkerbruin houtig veen (tot
0,5cm)
100.00 – 101.00 ± zelfde zand, bijna slibvrij, meer grove mica's,
met een weinig brokken in grijze siltige klei
101.00 – 102.00 plotse overgang naar donkergrijze korrelige klei,
nog vermengd met zelfde zand(monster lithotheek)
102.00 – 103.00 brokjes in minder compacte donkergrijze zandrijke
klei tot kleiig zand, vermengd met matig-fijn
licht gespikkeld bovenliggend zand
103.00 – 104.00 brokken in harde lichtgrijze siltige klei (tot
1cm) (goed vergelijkbaar met de Boomse Klei) met
bleekbeige kalkzand (overwicht bioklasten op
kwarts), stofferig geaggregeerd
104.00 – 105.00 bleekbeigegrijs middelmatig (0,4mm) kwartsrijk,
lichtgespikkeld zand (glauconiet ca 10%), zeer
licht slibhoudend, met klein aandeel
kalkbioklasten (enkel %)
105.00 – 106.00 bleekbeige matig fijn kalkzand, met weinig
grovere herkenbare bioklasten; met zeer fijne
glauconiet (ca 1%), licht slibhoudend
106.00 – 107.00 bleekbeige matig fijn, licht stofferig
(slibfractie) kalkzand, met een weinig glauconiet
(van zelfde fractie) steeds met ronde brokken
bruingrijze kleinaval
107.00 – 108.00 bleekbeige versteende bioklastische kalksteen
(packstone met veel wit mergelige matrix) en
middelmatige glauconiet; vermengd met slecht
gesorteerd matig-grof tot zeer grof en hoekig (1-
2 mm) gespikkeld zand met vrij grote
glauconietfractie (20%), glauconiet gelobd vanaf
matig-grof tot zeer grof geagglomereerd; tussen
het zand ook vrij veel bioklasten of bioklasten-
agglomeraten, mogelijk afgezet in gescheiden
laagjes
108.00 – 109.00 glauconietrijk (tot 50% zwarte glauconiet) slecht
gesorteerd zand, van fijn tot zeer grof (2mm);
glauconiet voornamelijk in de fijner tot matig
grove fractie; daarnaast ook onregelmatige zeer
grove donkere korrels (tot 2mm) zwart glanzend
en, soms met groenige schijn of groene barsten,
die uit fosfatische fossielen bestaan (type
scolecodont); nog vrij veel bioklasten in
kwartshoudende packstone kalk(zand)steen, maar
minder dan bovenliggend monster; nog vrij veel
grijsbruine siltige klei (naval); ook helgroene
siltige verkitte agglomeraten; slibvrij
109.00 – 110.00 idem
(monster lithotheek)
110.00 – 111.00 idem
111.00 – 112.00 idem
112.00 – 113.00 faciesverandering naar: lichtgrijs, vrijwel
slibvrij, matig-grof (0,5mm), gespikkeld (met 20%
groene hoekige glauconiet) zand
113.00 – 114.00 zelfde matig-grof glauconiethoudend zand, met
weinig grovere kwartskorrels (1mm), vermengd met
fijnkorrelige harde bleekbeige kalksteen
114.00 – 115.00 wordt slecht gesorteerd middelmatig tot zeer grof
(overwegend middelmatig), gespikkeld (ca 15%
groen + zwarte glauconiet) slibvrij zand,
vermengd met mergelige en korrelige zandsteen
115.00 – 116.00 grijze, fijn zandrijke, weinig compacte klei,
vermengd met zeer grof gespikkeld zand en
kalksteencuttings







Interpretatie der spoelmonsters


000.00 – 004.00 Quartair : dekzand en colluvium
004.00 – 015.00 Pleistoceen, oud alluvium
015.00 – 038.00 Formatie Diest boven
038.00 – 060.00 Formatie Diest onder
060.00 – 070.00 Formatie Boom
070.00 – 084.00 Formatie van Bilzen, Lid van Berg
084.00 – 094.00 Formatie van Sint-Huibrechts-Hern
094.00 – 103.00 Formatie Maldegem
103.00 – 115.00 Formatie Brussel
115.00 – 116.00 Formatie Kortrijk


Michiel DUSAR, 17/12/2010







BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST

076W/0364 - KAARTBLAD : DIEST
p.1/7
************************************************************************