PL. OOSTERZELE 70E
F.HALET
111 (II)
Boringen (107-160 & 166-177) uitgevoerd voor Autosnelweg Brussel-Oostende,
2de vak, tussen Merelbeke en de Dender, voor Bruggen en Wegen,
door M. Hasevoet, boormeester te Stevoort.
Topographische ligging opgetekend door den Dienst van Bruggen en Wegen.
Grondstalen verzameld door de aannemer.
Aanvang en einde der werken: 1938.
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Put nr 5 (Put der spoorweg Gent-Charleroi).
Hoogte van het maaiveld, boven den zeespiegel : +11.98
Geboord op 14m25 westerkant van den as der spoorweg en ongeveer 29m ten
zuiden van de aslijn der autosnelweg.
Zie plan nrs 107-114.
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN Diepte m.
van tot
1-2 Bruin leemachtig zand 0.00 1.00
3-4 Grijs-geel leem 1.00 2.00
5-8 Kwartsachtig grijs-geel zand 2.00 4.00
9 Idem met gerolde vuurstenen 4.00 4.50
10 Idem 4.50 5.00
11 Grijs groen leemachtig zand 5.00 5.50
12 Idem 5.50 6.00
13 Fijn kwartsachtig grijs glaukoniet zand 6.00 6.50
14 Fijn bruin leemachtig zand 6.50 7.00
15 Kwartsachtig grijs zand 7.00 7.50
16 Fijn leemachtig bruin zand 7.50 8.00
17 Kwartsachtig grijs zand met gerolde vuurstenen 8.00 8.50
18-20 Idem 8.50 10.00
Vermoedelijke aardkundige verklaring (F.Halet, 11-3-1939) :
Plistoceen : 10m.
Diepte van het water, bij ruststand : 3m.
---------------------------------------------------------------------------
PL. OOSTERZELE 70E
R.TAVERNIER
Nr 111 (vervolg)
Boring nr 1
hernomen boringen te Gondrode autosnelweg Oostende-Brussel,
100m Oostwaarts van de as van den ijzerenweg Gent-Charleroi,
door de firma LUYMOEYEN van HERENTHALS.
Grondstalen verzameld door den aannemer.
Aanvang en einde der werken : 8/4/1943.
Boringsmethode: zonder inspoeling;
Diepte waarop het water voor de eerste maal waargenomen werd: 3.00m.
Diepte van het water, bij ruststand: in de boorbuis
1) 's middags: 2m50
2) 's avonds: 2m00
Nr AARD DER GRONDLAGEN Diepte m.
1 Bruin geelachtig zandig leem, kalkvrij 0.50
2 Grijs geel leem 1.00
3*-4 Idem 1.50 - 2.00
5 Fijn grijs-geel zand 2.50
6*-7 Idem 3.00 - 3.50
8 Idem, met enkele brokstukjes vuursteen 4.00
9 Grijs groen fijn zand 4.50
10 Idem, met brokstukken zoetwaterschelpen 5.00
11* Idem, met een gebroken stuk van Columella columella 5.50
12 Idem, (een kleine gerolde Num. variolaria) en enkele
gerolde vuurstenen met windpolijsting 6.00
13 Fijn grijs glauconiethoudend zand met een gaaf
exemplaar van "Bithynia tentaculata" 6.50
14 Grijs kwartszand, middelmatig van korrel 7.00
15*-16 Idem, met gerolde vuursteenen met windpolijsting en
glauconietzandsteenstukken 7.00 - 8.00
17* Grijs leemachtig zand, fijn, met enkele grovere
elementen (vuursteenfragmenten) 8.50
18 Idem, met gerolde vuursteen 9.00
19 Fijn bleek grijs leemachtig zand 9.50
20* Grijs groen kwartszand, middelmatig van korrel,
met enkele grovere kwartskorrels 10.00
Vermoedelijke Aardkundige Verklaring (R.TAVERNIER, 15.III.1946).
Holoceen en Plistoceen: van 0.00 tot 10.00m.