PL. WAKKEN 68E
200 (IX, a)
Topografische kaart: 21/6
Type boring: peilput AMINAL
Uitgevoerd te: Meulebeke
Postnr.: 8760
Bij Paandersstraat
Door: Peeters, Ramsel-Herselt
Datum: oktober 1994
Boringsmethode : inspoeling + kernname
Totale diepte: 278 m
Diepte voorbuis: 18 m
Doormeters verbuizingen: tot 162 m D: 168 mm; tot 272 m D: 125 mm;
tot 278 D: 63 mm
Grondwaterstanden :
in rust: 160,5 m
Tijdens pompen: 210 m
Debiet: 5.0001/u
Maaiveld: +33 m
X: 74.845
Y: 180.920
NIS code: 37007
AARD DER GRONDLAGEN
1 Donkerbruin kleihoudend fijn zand, geen kalk
2 Geel matig grof zand met roestkleurige vlekken
3 Geelbruin fijn zand met zeer fijn grind (o.a. silex), geen kalk
4 Lichtbruin fijn zand, zwak glauconiethoudend, ook wat micahoudend,
geen kalk.
5-6 Idem
7 Lichtbruin kleihoudend fijn zand, zwak glauconiethoudend, geen
kalk
8-9 Lichtbruin zwak kleihoudend fijn zand, zwak glauconiethoudend,
geen kalk.
10-12 Lichtbruin kleihoudend fijn zand, zwak glauconiethoudend, geen
kalk
13-15 Bruingroen glauconiethoudend en kleihoudend fijn zand, geen kalk
16-17 Bruingroen glauconiethoudend kleiig fijn zand, geen kalk
18 Groene glauconiethoudende zandige klei, geen kalk
19 Grijsgroene siltrijke klei, geen kalk
20-27 Grijsgroene zandige klei, geen kalk
28 Grijsgroene siltrijke klei, geen kalk
29-36 Grijsgroene silthoudende klei, geen kalk
37-41 Grijze klei, geen kalk
42-64 Grijze silthoudende klei tot klei, geen kalk
65*-68 Gelijkaardige klei maar duidelijk kalkhoudend
69* Idem
70-72 Gelijkaardige klei maar zwak kalkhoudend
73-74* Gelijkaardige klei maar terug duidelijk kalkhoudend
75-76 Idem
77*-82 Idem
83-86 Gelijkaardige klei maar terug zwak kalkhoudend
87-122 Grijze klei, geen kalk
123-124 Grijze klei met wat bijmenging van groen kleiig zand, geen kalk
125-127 Grijze klei met meer bijmenging van groen kleiig zand, geen kalk
128-145 Grijsgroene zandige klei, geen kalk
146 Grijsgroene zandige klei met zeldzame schelpfragmenten
147 Grijsgroene tot grijze zwak zandhoudende klei, zwak kalkhoudend
148-149* Idem
150-159 Grijze silthoudende klei, zwak kalkhoudend
160 Gelijkaardige klei, eerste bijmenging van krijt (brokjes moeilijk
zichtbaar maar duidelijk opbruisend met zoutzuur)
161 Gelijkaardige klei met wat krijtbijmenging
162* Donkergrijsgroene kleiige leem wat bijmenging van zand en
grintbrokjes en krijt (bruisend)
163*-164* Donkergrijsgroen zandig monster, met enkele pyriet-kristalletjes,
mogelijk fijn verbrijzelde cuttings van zandig gesteente. Wat
krijt bijgemengd.
165* Idem met krijt en kleibijmenging. Kleur iets lichter.
166* Idem
167* Iets donkerder groen zandig monster (staal palyno)
168* Bruingroen zandig tot kleiig monster, met kleibrokjes
169* Groengrijze zandige korrels in roodbruine kleiige matrix, blijft
kalkrijk
170* Idem met rode kleibrokjes
171* Groene en roodbruine zandkorrels met klei vermengd
172* Idem kalkhoudend
173* Lichtroodbruine klei met enkele zandkorrels
174* Mengsel van roodbruine klei en groenachtig zand, licht kalkhoudend
175* Fijn zandige donkergroene korrels, met bruine lemige bijmenging,
accessorisch muscoviet
176* Idem, minder bruin
177* Groengrijze zandige fragmenten met fijne pyrietkorrels en wat
muscoviet
178* Idem met veel fijne pyriet
179-180* Groengrijze zandige fragmenten, met fijn pyriet, en lemige bruin-
achtige bijmenging
181 Zelfde gesteente met minder pyriet
182 Groengrijze zandige en schieferige fragmenten, fijn verbrijzeld,
met kleiige roodbruine bijmenging, bijna geen pyriet
183-185* Idem, zonder pyriet
186 Zelfde gesteente met meer roodbruine bijmenging, zandig tot lemig
187* Idem, met wat fijn pyriet
188 Idem
189-190* Mengsel van zandige en schieferige fragmenten, donkergroen met
bruine tint, fijn verbrijzeld, met enkele fijne pyrietkorrels
191-192 Idem
193* Zelfde gesteente, met iets meer schieferige brokstukjes,
groengrijs en roodbruin (deels verweerd)
194-195* Zelfde gesteente, niet verweerd: zandige en schieferige
fragmenten, donkergroen, met fijne pyriet
196 Idem, maar met roodbruine verwering
197-200* Zelfde gesteente, slechts lokaal verweerd, met iets grotere schie-
ferstukjes, tot 3 mm
201-205* Zelfde groengrijze zandsteen tot schiefer met fijn pyriet, en af
en toe roodbruine fragmentjes. De cuttings zijn fijn verbrijzeld.
209-210* Zelfde gesteente, soms iets lichter gekleurd.
211* Idem, met rode verwering
212-215* Zelfde gesteente
216-220* Zelfde groengrijze fragmenten van zandig tot schieferig gesteente,
fijn verbrijzeld, met fijn pyriet; de rode verwering is afwezig.
221* Idem met meer pyriet
222-225* Zelfde gesteente, pyriet-gehalte blijft hoger, en er zijn opnieuw
rode verweerde schieferfragmenten
226-227 Idem
228* Idem, meer pyriet
229*-230* Idem, nog steeds veel pyriet
231-233* Idem
234* Zelfde gesteente met zeer veel pyriet
235-240* Zelfde gesteente, met minder pyriet
241-245* Idem, met slechts sporadisch roodverwering
246-250* Idem
251-255* Idem
256-258* Idem
259* Idem, met meer pyriet
260-263* Idem, pyrietgehalte blijft hoger
264-269*-270* Idem, met matig pyrietgehalte, lichtjes wisselend van het ene
monster naar het volgende
271-272* Nog steeds zelfde groengrijs gesteente, fijn verbrijzelde korrels
en fragmenten van zandig tot schieferig gesteente, platte
fragmentjes tot 5 mm doormeter; fijn pyriet en sporadisch rode
verwering.
Beschrijving der kernen (272 tot 275 m)
Kist 1 : 272 - 273 m - Recuperatie 100%
Stevige kernen, 7 stukken van 1 m, aaneensluitend.
Lichtgrijze kwartsietische mudstone met groene tint, zeer compact.
Onregelmatige zeer dunne chlorietadertjes, en diaklaasvlakken met
chloriet bedekt.
Pyriet in nesten van enkele mm, sterk verspreid. Diaklazen op 20° en
60°, niet uitgesproken.
Kist 2 : 273 - 274 m - Recuperatie 100%
Stevige kernen, 8 stukken van 1 m, aaneensluitend.
Zelfde compacte kwartsietische mudstone, grijs met groene tint. Vage
donkere banden op 40°, tot 1 cm breed: gelaagdheid ? Geen druk-
splijting zichtbaar.
Diaklazen op 60°-65° (rond 273-273,2 m).
Onregelmatig verspreide pyriet, in nesten en soms in diaklaasvlakken.
Fijne chlorietadertjes.
Het gesteente is soms zeer hard: silicificatie ?
Op 273,6-273,7 subvertikaal adertje met pyriet, wigt uit naar
onderen. Op 273,75 pyriet-nesten. Op 273,8-274,2 diaklaas op 80°, met
chloriet en een weinig pyriet.
Kist 3 : 274 - 275 m - Recuperatie 100%
Stevige kernen, 5 stukken (grootste 34 cm), aaneensluitend. Zelfde
gesteente.
Harde kwartsietische mudstone, lichtgrijs met groene tint.
Zeer fijne chlorietadertjes, soms met pyriet. Het gesteente is niet
magnetisch.
W. De Vos, 5 december 1994.
Voorlopige Interpretatie: Oisquercq groep
Beschrijving der kernen (275 tot 278 m)
Kist 4 : 275 - 276 m - Recuperatie 100%
0-80 cm: aaneensluitende kernen. Vanaf 275,80 sterk verbrokkeld.
Harde lichtgrijze fijnkorrelige kwartsiet tot kwartsietische
mudstone.
Gelaagdheidsbanden op 35°, iets donkerder en vaag begrensd. Enkele
verspreide ovale bleke klasten tot 3 mm. Zeldzame diaklazen op 40°,
ongeveer loodrecht op de gelaagdheid.
Subvertikale zeer fijne adertjes (max. 1 mm) met donkere opvulling.
Op 90 cm fijnkorrelige gedissemineerde pyriet, het gesteente is hier
niet compact maar verbrokkeld. Ook fijne adertjes met pyriet-
kristallen tot 2 mm, mogelijk andere sulfiden ?
Monster op 275,90 m voor mineralogische en chemische analyse.
Kist 5 : 276 - 277 m - Recuperatie 95%
Gesteente bovenaan verbrokkeld, daarna 90 cm aaneensluitende kernen.
Zelfde lichtgrijze kwartsietische mudstone, met donkere gelaagd-
heidsbanden op 35°, die telkens 15 à 30 cm uit elkaar liggen
(loodrecht op de gelaagdheid gemeten). Tussenin soms donkere lenzen
met zelfde oriëntatie.
Diaklazen op 45°, ongeveer loodrecht op de gelaagdheid.
Kist 6 : 277 - 278 m - Gemeten 90 cm
Aaneensluitende kernen 1,80 m lang (276,10 tot 277,90 cm)
Zelfde kwartsietisch gesteente, lichtgrijs met af en toe donkere
gelaagdheidsbanden, met onregelmatige intervallen, op 30°; de helling
neemt iets af met de diepte.
Op 277,5 m een diaklaas op 55° loodrecht op gelaagdheid. Op 277,6 m
een fijne pyrietader (opgevulde diaklaas minder dan 1 mm dik) op 30°,
ongeveer loodrecht op gelaagdheid.
Nota: deze boring is niet magnetisch.
Interpretatie: waarschijnlijk Oisquercq groep volgens lithologie.
W. De Vos - 26.1.1995.
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
De begrenzing van de lithostratigrafische eenheden steunt voornamelijk op
boorgatmetingen uitgevoerd door TNO op 11.10.94 (tot 159 m diepte) en op
20.10.94 (tot 271 m).
Kwartair: 0.00 - 3.00 m
Tertiair:
Formatie van Tielt, Lid van Egem: 3.00 - 18.00 m
Formatie van Tielt, Lid v. Kortemark: 18.00 - 30.00 m (?)
Formatie van Kortrijk: 30.00 - 199.00 m
Formatie van Hannut: 119.00 - 155.00 m
kleiig zand en zandige klei: 119.00 - 146.00 m
klei: 146.00 - 155.00 m
Krijt: 155.00 - 162.00 m (?)
Paleozoïsche Sokkel
onregelmatig verweerd: 162.00 - 175.00 m
weinig of niet verweerd: 175.00 - 278.00 m
(waarschijnlijk Oisquercq Groep cfr. W. DE VOS)
Opmerkingen
1) De overgang van het Lid van Kortemark naar de Formatie van Kortrijk
verloopt geleidelijk.
2) Er is geen duidelijk onderscheid tussen het Lid van Aalbeke en het Lid
van Moen. Het onderste gedeelte van de Formatie van Kortrijk is het meest
kleirijk en komt vermoedelijk overeen met het Lid van Saint-Maur maar ook
hier kan geen duidelijke grens getrokken worden.
3) Het glauconiethoudend fijn zand aan de top van de Formatie van Hannut.
(Zand van Grandglise, Lld van de oude geologische kaart)lijkt hier niet
voor te komen. Volgens de boorgatmetingen is er voornamelijk kleiig zand
aanwezig tussen 119 en 146 m; in de spoelmonsters is er veel naval van
Ieperiaanklei waardoor het onderscheid tussen groen glauconiethoudend
kleiig zand en zandige klei bemoeilijkt wordt. Het onderste gedeelte is
zeer kleirijk (wellicht vergelijkbaar met de Klei van Waterschei).
4) De top van het Krijt is duidelijk op de boorgatmetingen uitgevoerd voor de
verbuizing (van 155 m tot 159 m). De ondergrens is moeilijk te bepalen. De
aanwezigheid van "kalk" tot op 174 m is wellicht te wijten aan naval. In de
boorstaat wordt Krijt vermeld van 157 tot 162 m.
G. DE GEYTER
15.02.1995