Plaat BOOM 58W Belgische Geologische Dienst
M. GULINCK - P. LAGA
Nr 237 (IIa)
Boring F
Uitgevoerd te : Boom
Bij Rupeltunnel
Door : R.I.G.
Datum : 1969
Grondstalen verzameld door
Topografische ligging opgetekend door : Van Wichelen de 7.8.73, volgens
R.I.G.
Boringsmethode : droog
Opeenvolgende doormeters :
Grondwaterstanden : bij ruststand :
Tijdens het pompen :
Met een debiet van :
Hoogte van het maaiveld, mondgat : 6,45
Totale diepte :
Volg- AARD DER GRONDLAGEN Diepte
nummer m.
1-2 ophoging 1.00
3 grijs bruin fijn zand 1.50
4-5 grijsgroenachtig en bruin zand 2.50
6 fijn zand met steenbrokken 3.00
7 grijsachtig zand 3.50
8 zandige leem 4.00
9 bruine leem 4.50
10 grijsbruin kleihoudend silt, geen kalk 5.50
11 idem 6.00
12 idem 7.00
13 kleihoudend silt, grijs bruin 8.00
14 idem 8.50
15 idem (geen kalk) 9.00
16 idem, zandhoudend 9.50
17 grijs bruin kleihoudend zeer fijn zand 10.00
18 grijsbruin sterk kleiig fijn zand 10.50
19 idem 11.00
20 grijze kleihoudende silt 11.50
21 idem 12.00
22 bruin half fijn tot fijn zand 12.50
23-29 idem 16.00
30 fijner grijs zand, heel licht kleihoudend, licht
kalkhoudend 16.50
31-37 idem 20.00
38 kleihoudend & silthoudend zand, met stuk septaria 20.50
39 kleihoudend fijner zand, beetje heterogeen, kalk-
rijk 21.00
40 grijs bruin siltachtig zand, kleihoudend 22.00
41 kleihoudend fijn zand 22.45
42 grijs fijn kleihoudend zand 23.00
43 idem 23.50
Aardkundige Verklaring - M. GULINCK - P. LAGA - 6 augustus 1973
Opgehoogd : 0.00 - 3.00
Kwartair : 3.00 - 4.50
R2b : 4.50 - 12.00
Rlb : 12.00 - 20.50
Complex van Kallo (S3 ?): 20.50 - 23.50.