058E0381

                                         BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
PLAAT MECHELEN 58E


N  381 (VII/c)

BORING K20 en PEILPUTTEN P2c en P2d

uitgevoerd te : H0MBEEK - MECHELEN (terrein 0.C.M.W.)
bij : VEKESTRAAT (zijstraat Kattestraat)
voor : BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
door : N.V. SMET-DB
datum : februari 1980
Topografische ligging opgetekend : door Dhr. Reynaerts (Pidpa)
Grondstalen verzameld door : DE B0ORMEESTER
Boringsmethode : gestoken (D = 100 mm)
doormeter : 250 mm ; filters D = 2"
filterlengte : 11 tot 13 m  (P2c) en 35 tot 37 m (P2d)
Grondwaterstanden : bij ruststand : P2c : 0,63 m; P2d : 5 m
tijdens het pompen : P2c: 8,5 m bij 6 m3/h; P2d : 8,5 m bij 0,6 m3/h
Hoogte van het maaiveld : ongeveer + 10 m; putrand P2c :
                                                   P2d :
Totale diepte : 49 m


                  Aard der grondlagen                        Bewaarde monsters

0.00 - 1.00 (1.00 m)

0.00 - 0.10 m : donkerzwartbruine kleiige grond met bakstenen.
0.10 - 0.40 m : donkergrijsbruine kleiige leem met talrijke
                niet geologische stenige bijmenging.               0.15
0.40 - 0.55 m : bleekgrijze kleiige leem licht gevlekt (gley)      0.55
0.55 - 1.00 m : bruin zandige klei met zandiger lenzen roest
                gespikkeld wordt zandiger naar de basis,
                geheel fijn subhorizontaal gelaagd, fijne
                vorstscheuren beginnend van bovengrens tot
                ongeveer 0.85                                      0.85


1.00 - 2.00 (0.75 m)

0.00 - 0.35 m : idem                                          1.25
0.35 - 0.55 m : complexe laag (cryoturbatie) bestaande uit
                bruin kleihoudend zand met talrijke puntige
                Fe/Mn spikkels, doorstoken met (vorst)
                scheuren, geopetaal, van 5 cm breedte.
                Contact zand  en bovenste laag gemarkeerd
                door sporadische kleine keitjes waarvan
                enkele in vorstscheur optreden, keitjes in
                vorstscheur cryoklastisch gebroken en met
                matte eolische patina.                          1.55
0.55 - 1.00 m : roestgevlekte vergleyde kleiige leem met
                talrijke Fe/Mn konkreties, subhorizontaal
                gelaagd en doorstoken met vorstscheuren
                afkomstig uit vorige laag.                     1.85


2.00 - 3.00 m (1.00 m)

0.00 - 0.12 m : idem
0.12 - 0.25 m : geelachtig middelmatig zand, alternerend
                met bruingrijze zandige leem doorstoken van
                fijne (1 cm) langwerpige syngenetische wiggen
                beginnend vanaf top der laag.
0.25 - 0.62 m : roestachtig overwegend lemig tot zandlemig
                materiaal met enkele gelere fijne zandlenzen
                overgaand in de diepte naar grijs geelachtig
                overwegend fijn zand met sporadische bruine
                fijne leemlenzen.  Het geheel is mikro-
                scheef gelaagd  en op bepaalde plaatsen
                lensachtig van struktuur.
0.62 - 1.00 m : bruingrijs handige leem met naar de basis
                toe fijne onregelmatige gele zandlensjes,
                roestkleurig in zones.


3.00 - 4.00 m (1.00 m)

0.00 - 0.38 m : idem
0.38 - 0.47 m : idem maar bruine lemiger lenzen meer
                overwegend, Ca-houdend.
0.47 - 0.85 m : groenachtig grijs fijn lemig zand met
                fijne Fe - Mn spikkeltjes, gekoncenteerd
                langs inderingende roestige vorstwig,
                (45 cm lang en 8 cm breed met vertikale
                gelaagdheid).
                Vorstscheur begint op de grens van zand-
                laag en bovenliggende lemige laag waar
                lagen erg gestoord zijn.
0.85 - 1.00 m : bruingrijhe overwegend lemige gelaagde af-
                zetting met fijn tot middelmatigklei-
                houdend zand.  Aan de basis keienvloer
                (gesprongen silexkeien, zandstenen).  Bo-
                venste grens verstoord door indringende
                vorstwig.


4.00 - 5.00 (0.85 m)

0.00 - 0.26 m : roestachtig kleihoudend fijn zand vergrovert
                naar de diepte, minder kleiig  en grijs
                gekleurd.
                Op 0.26 m bleekgrijs kleilensje met sporadische
                matte silex driekantertjes.
0.26 - 0.73 m : geelgrijs tot grijs middelmatig tot grof
                zand scheefgelaagd met sporadische grind-
                elementjes en vanaf 0.62 m sporadische venige
                lensjes of stippels tot 0.73
0.73 - 0.83 m : grof subhorihontaal en scheefgelaagd zand
                met plaatselijk  meer grindhoudende laagjes
                met schelpgruislaagjes, ( Nummulites wemmelensis ),
                gerolde fylladen en kwartskeitjes aan de top
                (geëoliseerd). Aan de basis eveneens kei-
                laagjes bestaande uit silexen met chert en
                sommige driekantertjes
0.83 - 1.00 m : zwart veen met zekere gelaagdheid :
                van 0.83 - 0.87 m bruin fijn gelaagd sterk
                veenhoudende leem van 0.87 - 0.92 m
                zwart terrigeen veen ; van 0.92 - 1.00
                zwart veen met plantenresten.


5.00 - 6.00 m (0.90 m)

0.00 - 0.37 m : zwart hout veen (met schelprestjes?), fijn
                gelaagd en gekompakteerd
0.37 - 0.45 m : zwart sterk terrigeen veen met onregel-
                matige basis
0.45 - 0.70 m : grijsbruin leemhoudend fijn zand met talrijke
                wortelresten afkomstig  uit bovenliggende
                veenlaag.
0.70 - 1.00 m : groengrijsachtig licht gevlekt vergleyd,
                middelmatig zand.


6.00 - 7.00 m (0.70 m)

0.00 - 0.38 m : grijslemig middelmatig zand plaatselijk zeer
                lemig met sporadische verslagen veenlensjes
                en verslagen donkergrijsbruinere kleiïge
                leemlenzen.
0.38 - 0.68 m : groenachtig grijs grillig gelaagd lemig
                zand met regelmatige bleke fijne middelma-
                tig zand lensjes.
0.68 - 0.83 m : idem maar bleekzandige lagen worden belang-
                rijker en iets grover.
0.83 - 1.00 m : grijsbruin scheefgelaagd licht zandleem
                met venige onregelmatig en tangentieel
                verlopende banden.


7.00 - 8.00 m (1.00 m)

0.00 - 0.35 m : geelachtig grijs fijn leemhoudend zand
                met bruine lemige keitjes en lensjes; van-
                af 0.20 m intercalerend met talrijke zeer
                fijne venige mikro scheefgelaagde veen-
                lensjes.  De basis is onregelmatig.
0.35 - 0.63 m : idem, doch overwegend veniger vanaf 0.42 m
                grijsbruine leem met samengedrukte houterige
                veenlaagjes en houtstengels.  Basis onregel-
                matig.
0.63 - 1.00 m : zwart subhorizontaal gelaagd veen met talrijke
                plantenniveau's.
                Grens met bovenste laag onregelmatig doch
                graduele overgang.


8.00 - 9.00 (1.00 m)

0.00 - 0.04 m : grijze kleiïge leem.
                In situ?
0.04 - 0.45 m : zwart veen samengedrukt; zeer veel plant-
                aardige resten : stengels enz.
0.45 - 0.52 m : stuk boom
0.52 - 1.00 m : zwart veen, subhorizontaal gelaagd, samen-
                gedrukt met zeer veel stengels.


9.00 - 10.00 m (1.00 m)

0.00 - 0.20 m : idem maar met sporadische grijsbruine
                kleiïge leemvlakjes
0.20 - 0.32 m : zwart terrigeen subhorizontaal gelaagd
                veen met talrijk onregelmatig verspreide
                bleke kleiïge leemlensjes.
0.32 - 0.36 m : grijsbruine humeuze kleiige leem.
0.36 - 0.51 m : komplex overgangszone van groengrijze
                zandige klei, bruingrijze humeuze leem
                met talrijke venige lenzen en geisoleerde
                vlekken jarosiet.
0.51 - 0.70 m : grijsgroenachtig afwisselend lemiger en
                zandiger met enkele blekere (jarosiet)
                dendrieten
0.70 - 0.76 m : groengrijs middelmatig tot grof zand
                met enkele keien en sporadische veen-
                restjes.
0.76 - 0.80 m : idem maar lemiger tot zeer lemig.
0.80 - 1.00 m : grijsgroenachtig zeer lemig zand tot
                zandige leem, vrij homogeen met naar
                onder sporadische veenstippels (ver-
                spoeld Tertiair ?)


10.00 - 11.00 m (1.00 m)

0.00 - 0.09 m : bruin zwartachtig terrigeen veen
0.09 - 0.53 m : groengrijs regelmatig schuingelaagd
                middelmatig zand, afwisseld met lemiger
                lensjes met lemige zone tussen 0.30 en
                0.20 m, waarin sporadische vegetatieres-
                sten, ook aan de basis bruin lemige zone
                met vegetatierestjes.
0.53 - 0.62 m : grof grijs grindzand, schuingelaagd, zeer
                heteromorf, met sporadische veenbrokjes
0.62 - 1.00 m : groengrijs sterk leemhoudend middelfijn
                zand met sporadische gerolde keitjes (zand-
                steentjes, silexjes) en grovere zones; aan
                de basis bruine lemige zones met vegeta-
                tierestjes.


11.00 - 12.00 m (1.00 m)

0.00 - 0.42 m : idem maar wordt iets lemiger en fijner
                naar de basis toe.
0.42 - 0.90 m : grof grijs grindzand.  Aan de basis
                zwarte platte silexkeitjes waarvan som-
                mige cryoklastisch (Heyselgrind)
0.90 - 1.00 m : groengrijs sterk lemig fijn zand met
                kleiïge tubulaties aan de basis een
                sporadische veenrestjes.


12,00 - 13.00 m (0.43 m)

0.00 - 0.65 m : zwartachtig groen kleiig zand met klei-
                lenzen met onregelmatig verdeelde humus-
                en veenlenzen.  Op 0.65 m grindlaag, schuin
                verlopend met zwarte, platte silex en
                Heyselgrind en kwartskeitjes (grains de
                riz)
0.65 - 0.78 m : groengrijs kleihoudend zandleem, plaatselijk
                zandiger, homogeen.
0.78 - 1.00 m : grof grijs heteromorf zand met sporadisch
                silexkeien en kwartsrijstkorrels. Tussen
                0.80 en 0.85 m zone met verschillende
                laagjes verslagen vegetatieresten.


13.00 - 14.00 (1.00 m) (boring verstoord)

0.00 - 0.30 m : groengrijs fijn kwartszand
0.30 - 0.50 m : groenachtig leemhoudend fijn zand, fijn ge-
                laagd, iets lensvormig.
0.52 - 0.87 m : grijsgroen lemig middelmatig zand, fijn
                gelaagd, sporadisch een silex- of chertkeitje,
                gebroken doch gepolijst. Aan de boventop
                bruine humeuze kleiige laag.
0.87 - 1.00 m : grijsgrof grindzand met silexkeitjes, zand-
                steenkeitjes en sporadisch kleiige lenzen.


14.00 - 15.00 (0.90)

0.00 - 0.17 m : donkergrijs lemig fijn zand met dunne veen-
                laagjes.  Aan de basis grindlaag bestaande uit
                zwarte platte silexkeien (Heyselgrind) kleine
                ronde kwartskeitjes (grains de riz) en zand-
                steentjes.
0.20 - 0.52 m : grijs grof tot zeer grof, zeer heteromorf zand
                met onduidelijke gelaagdheid, sporadische klei-
                keitjes en veenbrokjes
0.52 - 0.58 m : grind hoofdzakelijk zwarte platte silexkeien,
                enkele grove kwartsbrokken en zandsteenkeitjes
                platte grijze fylladen, kwartsietbrokken en
                talrijke kwartsrijstkorrels
0.58 - 0.72 m : grijs grof grindzand met talrijke grindkeien
                (kwartsfylladen, kwartsieten, zandstenen),
                vaak gekoncentreerd in laagjes, aan de basis
                samengedrukt veenlensje.
                Schuine ondergrens.
0.72 - 1.00 m : groengrijze massieve plastische klei,


15.00 - 16.00 (0.90 m)

0.10 - 1.00 m : lichtgrijze silteuze fijn zandige klei met
                groene meer plastische kleiintercallatie
                van 0.20 - 0.25 met scherp  scheef kontakt
                idem van 0.48 tot 0,60.



 16.00 - 17.00 m (0.98 m)

 0.02 - 0.45 m : grijsgroen  silteus kleiig zand met meer
                 kleiige intercalaties, onderaan 2 à 3 cm
                 veel minder kleihoudend zand                    16.30
 0.45 - 0.55 m : scherp en scheef kontakt bovenaan met 0.5 cm
                 groene plastische klei over het algemeen
                 grijsgroene sterk silthoudende klei
 0.55 - 1.00 m : groene meer plastische klei met fijne sil-
                 teuse "vermiculaties"                           16.80


 17.00 - 18.00 m (0.95 m)

 0.05 - 1.00 m : groengrijze fijn silteuse plastische klei
                 met vermiculaties, weinig glauconiet van        17.30
                 0.20 tot 0.40 rijk aan glauconiet
                 met echte glauconietlensjes op 0.30 en 0.35     17.80
                 iets meer plastisch tussen 0.40 en 0.60


18.00 - 19.000 (0.80 m)

0.20 - 1.00 m : grijs groene plastische klei met betrekkelijk
                weinig silteuse buisjes (vermiculaties) en      18.30
                enkele zwarte vlekjes op 0.23 - 0.25
                ondulerend laagje fijnzandige silt met
                kruipgangen eronder (tot 5 cm diep)             18.80
                gevuld met hetzelfde silteuse materiaal
                op 0.40 - 0.42 schuinlaagje zelfde fijn zan-
                dig silt met hwarte vlekjes onderste
                kontakt verspringt  (erosief kontakt?)



19.00 - 20.00 (0.85 m)

0.15 - 0.50 m : zeer vaste, plastische klei; heel weinig
                vermiculaties                                   19.30
0.50 - 0.75 m : zelfde klei met meer vermiculaties toenemend
                glauconiet naar onder toe, naaronder toe
                iets  silteuzer
0.75 - 1.00 m : grijsgroene silteuseglauconiethoudende klei,
                plaatselijk glauconietrijke lensjes             19.80
                0.75 - 0.80 plaatselijk enkele zwarte
                vlekjes (pyrieteus)



20.00 - 21.00 m (0.90 m)

0.10 - 1.00 m : silteuse klei, rijk aan glauconiet met fijne    20.30
                verspreide vermiculaties plaatselijk gecon-
                centreerd in fijn witte vlekjes sterk zandig,
                geen kalk
                op 0.45 - 0.50 iets zandiger, rijk aan glau-
                coniet fijn gelaagd.                            20.80
                onduidelijk kringgang en gevuld met glauconiet-
                rijker zand


21.00 - 22.00 m (0.95 m)

0.05 - 0.45 m :  zelfde glauconietrijke klei wat minder zandig,
                 meer vermiculaties en vlekken glauconietrijk
                 zand onderaan (kruipgangen)                     21.30
0.45 - 1.00 m :  grijze silteuse klei gespikkeld met glau-
                 conietkorrels en vrij veel vermiculaties,       21.80
                 onderaan iets meer zandig
                 op 1.00 plantstukje



22.00 - 23.00 m (0.95 m)

0.50 - 0.58 m :  zelfde grijsgroene zandhoudende en glau-
                 coniethoudende klei kruipgangen gevuld met
                 glauconietrijk zand, kalkhoudend met nummu-     22.40
                 lieten plaatselijk blekere vermiculaties
0.58 - 0.75 m :  afwisseld kleilaagjes en zandlensjes
                 zand = donkergroen glauconietrijk zand
                 enkele schelpresten, (gebioturbeerd ) heel
                 dun zandig
                 scheve gelaagdheid                              22.85
0.75 - 1,00 m :  overwegend fijn glauconietrijk kleihoudend
                 zand met onderaan vage kleilensjes, sterk
                 gebioturbeerd                                   22.90



23.00 - 24.00 m (1.00 m)

0.00 - 0.40 m : sterk kleihoudend, glauconietrijk zand met       23.30
                een kleirijke zone van 5 cm op 0.20 met
                Nummulites  wemmelensis
0.40 - 1.00 m : sterk zandige glauconietrijke grijze klei,
                veel Nummulieten sterk gebioturbeerd             23.80
                een gebroken Pecten corneum  (?) op 0.50
                een tweekleppige sterk verweerde mollusk
                op 0.85



24.00 - 25.00 m (0.90 m)

0.00 - 1.00 m :  afwisseling van sterk zandige klei met          24.30
                 kleiig zand donkergroen glauconietrijk,
                 schelpstukjes veel Nummulieten                  24.80
                 zwarte glauconietlenzen



25.00 - 26.00 m (1.00 m)

0.00 - 1.00 m :  grijsgroen sterk kleihoudend fijn zand,         25.30
                 met donkergroene lenzen glauconietrijk zand.
                 Zeer rijk aan Nummulieten en met schelpgruis    25.80
                 bioturbaties



26,00 - 27.00 m (0.95 m)                                         26.30

0.05 - 1.00 m : idem, zeer homogeen op 0.85 dunwandige           26.80
                 grote mollusk of dunwandige grote pelecypood



27.00 - 28.00 m (0.95 m)

0.05 - 1.00 m : sterk kleihoudend tot kleirijk.                  27.30
                 groengrijs fijn zand tot zeer fijn zand,
                 glauconiet weinig schelpgruis, Nummulieten      27.80
                 kalkrijk


28.00 - 29.00 m (0.90 m)                                         28.30

0.10 - 1.00 m :  idem                                            28.80



29.00 - 30.00 m (1.00 m)

0.00 - 1.00 m :  idem                                            29.30
                 op 0.70 resten van fijne mollusken              29.80
                 en Nummulieten



30.00 - 31.00 m (0.85 m)

0.15 - 1.00 m :  idem                                           30.30
                 op 0.60 restje van Nummulieten                 30.80



31.00 - 32.00 m (0.95 m)

0.05 - 0.40 m :  idem                                           31.40
0.40 - 0.75 m :  hetzelfde sterk kleihoudend tot kleirijk
                 groengrijs fijn zand met fijne lensjes van
                 glauconiet en met kleilensjes                  31.50
                 op 0.70 een glauconietlaagje van 1 cm dik
                 de laatste 2 cm is een middelmatig grijs
                 zand met schelpgruis, Nummulieten ,glauconiet,
                 zeer kalkrijk
0.75 - 1.00 m :  glauconiethoudend zeer fijn zand kleihoudend   31.85
                 homogeen groengrijs, schelpstukjes             31.90



32,00 - 33.00 m (1.00 m)

0.00 - 1.00 m :  homogeen glimmerhoudend kleihoudend zeer
                 fijn zand kalkrijk, glauconietkorrels          32,30
                 Nummulieten variolarius bovenaan enkele
                 nesten met grovere donkere glauconietkorrels
                 vage bleke kruipgangen                         32.80



33.00 - 34,00 m (0.70 m)

0.30 - 0.70 m :  idem
0.70 - 0.93 m :  zelfde zand, zeer fijn gelaagd weinig laminaties
                 vanaf 0.93 geaksentueerd door zeer veel,
                 zeer fijn kalkstof, gespikkeld met grovere
                 glauconieten                                  33,60
0.93 - 1.00      hetzelfde zand met grover schelpgruis concen-
                 tratie van Nummulieten, grote dikwandige schelp
                 otoliet                                        33,95


Door de boormeester steenlaag gevoeld op 33.70 m tot 33.90-> verloren




34.00 - 35.00 m (0.90 m)

0.10 - 0.60 m :  iets minder kleihoudend zeer rijk aan Num-
                 mulieten en schelpstukjes, stekels van
                 Echinodermen stukjes van Echinodermen          34.30
0.60 - 1.00 m :  kleihoudend zeer fijn zand bovenaan zeer
                 rijk aan Nummulieten en schelpgruis            34.80
                 op 0.73 een fijn lensje plantenresten tot 85



35.00 - 36.00 m (mislukt)

een zandsteen van 10 cm lengte                                  35 - 36
terrein notities : 35.00 - 35.20    fijn grijs zand
                   35.20 - 35.60    steenlaag
                   35.60 - 36.00    grijs zand
kalkzandsteen



36.00 - 37.00m (0.30m)

0.70 - 1.00 m :  grijs zand met zandsteenbanken tussen
                 0.80 - 0.95 m                                 36.80



37,00 - 38.00 m (0.37 m)

0.00 - 0.63 m :  sterk gestoord, vermengd met klei en keien
0.63 - 1,00 m :  hetzelfde glauconiethoudend kleihoudend fijn
                 zand                                          37.80



38.00 - 39.00 m

ontbreekt - spoelmonster
            zelfde zand met zandsteen



39.00 - 40.00 (0.70 m)                                         39.40

0.30 - 1.00 :  hetzelfde zand
               nogal nat, kalkrijk
               op 0.65 een lensje plantenresten.               39.90
               stekel echinodermen



40.00 - 41.00 m (0.80 m)                                       40.30

0.20 - 1.00 m :  hetzelfde zand
                 op 0.65 zachte kalkzandsteenconcretie           40.80


41.00 - 42.00 m (spoelmonster)

                 grijs zand met zandsteenbanken


42.00 - 43.00 (spoelmonster)

                grijs zand met zandsteenbanken



43.00 - 44.00 (1.00 m)

0.00 - 0.40 m :  idem                                            43.30
0.40 - 0.60 m :  helfde zand met talrijke lenzen lichtbruine     43.40
                 fijn zandige silteuse lichtverharde (sideriet)
                 klei
0.60 - 0.65 m :  met scheef kontakt onderaan en geperforeerd     43.80
                 met boorgangen opgevuld met hetzelfde rijst-
                 korrelgrint
                 rijstkorrelgrint bevat gerolde Nummulites
                 laevigatus, een stukje been, schelpgruis,
                 kalkrijk
0.65 - 1.00 m :  groengrijze plastische klei zonder kalk         43,90
                 met fijn bleke silteuse lensjes met kalk


44.00 - 45.00 m (1.00 m)

0.00 - 1.00 m :  zelfde groen grijze plastische klei met
                 blekere lensjes, silteuse klei



45.00 - 46.00 (0.45 m)

0.55 - 1.00 m :  zelfde groengrijze plastische klei met
                 blekere lensjes                                45,80
                 met gepyritiseerde kruipgangen



46.00 - 47.00 (1,00 m)

0.00 - 0.45 m :  grijsgroene plastische klei met blekere sil-
                 teuse lensjes soms gepyritiseerd                46.30
                 vanaf 0.20 gespikkeld met glauconiet op 0.45
                 een dun silteus tot fijnzandig laagje van
                 wisselende dikte
0,45 - 0.50 m :  zelfde klei maar rijker aan glauconiet, iets
                 meer silteus sterk gepertubeerd onderaan
                 onregelmatig kontakt, sterk gebioturbeerd
0.50 - 1.00 m :  glauconiethoudende tot glauconietrijke
                 fijnzandige klei die naar onder toe overgaat
                 in glauconietrijk  kleiïg fijn zand met fijne    46.90
                 onregelmatige kleilensjes



47.00 - 48.00 m (1.00 m)

0.00 - 1.00 m :  zelfde glauconietrijk groen weinig kalkhoudend
                 kleiig fijn zand met lensjes plastische grijze   47,30
                 klei met lensjes bleker middelmatig zand met
                 zwarte vlekken                                   47.80
                 vanaf 0.60 geleidelijk rijker aan kleilenzen     47.80



48.00 - 49.00 m (0.98 m)

0,02 - 0.25 m :  zelfde groen kleiïg fijn zand, onderaan scherp
                 kontakt                                         48.40
0.25 - 1.00 m :  grijze silteuse klei rijk aan glauconiet,
                 met lenzen bleker fijn zand en met zwarte       48.80
                 vlekken


Interpretatie

Kwartair :                              0,00 - 14,72
Komplex van Kallo                      14,72 - 16,45
Sl (= Zand van Asse ?)
al (= Klei van Asse)                   16,45 - 22,58
Zand van Wemmel                        22,58 - 31,75
Zand van Lede                          31,75 - 43,65
Formatie van Panisel                   43,65 - 49,00 (geboord)
Pln klei                               43,65 - 46,50
Pln of Plc 
(=Zandige klei van Anderlecht)         46,50 - 49,00 (geboord)

            P.LAGA      R. PAEPE      E. ELEWAUT



                                         BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
PLAAT MECHELEN 58E


N  381 (VII,c)  le vervolg

Peilput PI 5O

Uitgevoerd te : Hombeek-Mechelen terrein O.C.M.W. (Vekestraat)
Voor Antwerpse Waterwerken N.V.
Door : Smet-Dessel
Hydrologische studie van de zandwinningen in de streek van Mechelen
Datum : 1981
Topografische ligging opgetekend volgens plan op schaal l/l0.000
Geen grondstalen verzameld
Boringsmethode : spoelboring
Opeenvolgende doormeters : stijgbuis D : 20l/225 mm ; L : 31 m
                           filterlengte : 14 m ; D : 144/160 mm
Hoogte van het maaiveld : +l0 m
Totale diepte : 47,l0 m



                        Aard der grondlagen

0-1m   :  geelbruine, fijn zandige leem.

1-2m   :  geelbruine, weinig zandhoudende, harde kleileem.

2-3m   :  geelbruine fijn zandige leem.

3-4m   :  geelbruine sterk kleihoudend, lemig fijn zand.

4-5m   :  geelbruin kleiïg fijn zand.

5-6m   :  geelbruin silteus, middelmatig zand.

6-7m   :  geelbruin silteus fijn zand met verspreide, sterk
          afgeplatte silexkeitjes en sporen van hard , bruin
          veen.

7-8m   :  geelbruin fijn zandige silt.

8-9m   :  grijsbruin kleihoudend middelmatig zand.

9-10m  :  grijs, kleihoudend fijn tot middelmatig zand.

10-11m :  idem.

11-12m :  grijs, zeer heterogeen fijn tot grof zand.

12-13m :  grijze fijn zandige klei met bruin veen.

13-14m :  grijs silteus, humusrijk fijn tot middelmatig zand.

14-15m :  grijs, middelmatig tot grof zand met kwartskeitjes

15-16m :  idem.

16-17m :  grijs grof tot zeer grof scherp zand.

17-18m :  idem.

18-l9m :  grijs zeer grof kwartszand met grotere onregelmatig
          gevormde stukken (tot 3 cm.) kwartszandsteen.

19-20m :  grijs, zeer grof zand met schelpgruis  en grint van
          hoekige silex en, sterk afgeronde witte kwartsen,
          en glauconiethoudende zandsteen.

20-21m :  groengrijs silteuse fijne zanden.

21-22m :  groengrijs glauconietrijk silt.

22-23m :  groengrijs, weinig kalkhoudende, silteuse klei,
          glauconietrijk.

23-24m  : idem.

24-25m  : groengrijs fijn zandige silt met schelpgruis, rijk
          aan glauconiet en met Numm. wemmelensis.

25-26m  : idem.

26-27m  : groengrijs silteus fijn zand met schelpgruis, glau-
          coniethoudend en met Numm. wemmelensis.

27-28m  : idem.

28-29m  : groengrijze glauconiethoudende fijnzandige silt met
          Numm. wemmelensis.

29-30m  : kalkrijke, glauconietrijke fijne zanden met Numm.
          variolarius,

30-31m  : grijze glauconiethoudende fijne tot middelmatige
          zanden, kalkrijk en met Numm. variolarius.

31-32m  : idem.

32-33m  : idem.

33-34m  : idem.

34-35m  : idem.

35-36m  : kalkrijke glauconiethoudende fijne zanden met kalk
          zandsteenbanken.

36-37m  : idem.

37-38m  : idem.

38-39m  : idem.

39-40m  : idem.

40-41m  : kalkrijk glauconciethoudend middelmatig zand.

41-42m  : idem.

42-43m  : idem.

43-44m  : idem.

44-45m  : grijs middelmatig zand met rijstkorrelgrint;
          sterk afgeplatte silex, sterk afgeronde melkkwarts,
          schieferstuk, schelpfragmenten.

45-46m  : harde groene klei.

46-47.10m:harde groene klei.



Interpretatie : Kwartair :              0.00 - 20.00 m 
                Klei van Asse :        20.00 - 24.00 m     
                Zand van Wemmel :      24.00 - 30.00 m
                Zand van Lede :        30.00 - 45.00 m
                Formatie van Panisel : 45.00 - 47.10 m
                Pln-klei (geboord)


                                         BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
PLAAT MECHELEN 58E



     N  381 (VII,c) 2e vervolg

     Peilput P II l0

     Uitgevoerd te : Hombeek-Mechelen ,terrein O.C.M.W. (Vekestraat)
     Voor : Antwerpse waterwerken "Hydrologische studie van de zandwinningen
           in de streek van Mechelen"
     Door : Smet-Dessel
     Datum : 1981
     Topografische ligging opgetekend volgens plan op schaal 1/10.000
     Boringsmethode : spoelboring       Stijgbuis : D 140/160 mm ; L : 10 m
     Hoogte van het maaiveld : + 11 m   Filterlengte : 5 m D 144/160 mm
     Totale diepte : 16.00 m


           Aard der Grondlagen

0-lm    :  gele tot geelbruine, roestige, kalkrijke leem.

1-2m    :  geelbruine, silteuse, roestige kleileem.

2-3m    :  bruine, iets fijn zandige, kleileem.

3-4m    :  gele tot geelbruine heer fijn zandige kleileem.

4-5m    :  idem.

5-6m    :  grijze kleiïge fijne zanden.

6-7m    :  grijs  kleihoudend  fijn zand met zware, compacte
                                                         bruine veen.
7-8m    :  bruin veen,naar onder toe, grijs fijn zand.

8-9m    :  grijs, weinig kleihoudend fijn zand.

9-10m   :  idem.

10-11m  :  groengrijs fijn zand, iets kleihoudend.

11-12m  :  grijs-fijn tot middelmatig zand.

12-13m  :  groengrijs kleihoudend fijn zand.

13-14m  :  bleekgrijhe tot roze fijne zanden.

14-15m  :  grijze, middelmatige, hoekige kwartszanden.

15-16m  :  witgrijs middelmatig zand.



Interpretatie :

Kwartair :    0.00 - 16.00 m

                                         BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
PLAAT MECHELEN 58E

N  381 (VII, c) 3e vervolg

Peilput Pl a, b, c, west

Uitgevoerd te : Hombeek - Mechelen terrein O.C.M.W. (Vekestraat)
Voor : Antwerpse waterwerken N.V.
Hydrologische studie van de zandwinningen in de streek van Mechelen
Door : Smet-Dessel
Datum : 1981
Topografische ligging opgetekend volgens plan op schaal 1/l0.000
Geen grondstalen verzameld
Boringsmethode : spoelboring
Opeenvolgende doormeters : stijgbuis 13 m D 50 mm
                           filterlengte : 1 m
Hoogte van het maaiveld : 11 m
Totale diepte :  15 m



                        Aard der grondlagen

0-lm    :   gele tot geelbruine, roestige, kalkrijke leem.

1-2m    :   geelbruine roestige kleileem, naar onder toe
            overgaand in grijze silt.

2-3m    :   geelbruine leem, plaatselijk zeer fijn zandig
            en kalkrijk.

3-4m    :   geelbruine kleiïge leem. met wat fijn zand, kalk-
            houdend.

4-5m    :   grijze, kalkrijke, kleihoudende fijn zand.

5-6m    :   grijs, weinig kleihoudend fijn zand.

6-7m    :   grijs, fijn tot middelmatig zand.

7-8m    :   grijs middelmatig scherp zand.

8-9m    :   bruingrijze weinig kleihoudende fijne zanden.

9-10m   :   idem.

10-11m  :   middelmatig iets kleiïg rose zand met sporen van
            veen.

11-12m  :   middelmatig iets kleiïg zand met compact bruin
            veen.

12-13m  :   fijn zand met houtveen.

13-14m  :   grijs middelmatig zand.
                                                         
14-l5m  :   witgrijs, grof tot zeer grof zand met sterk af-
            geronde glauconietkorrels.

Interpretatie :

Kwartair : 0.00 - 15.00 m (geboord)
                                         BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
PLAAT MECHELEN 58E

N  381 (VII,c) 4e vervolg

Peilput Pl a, b

Uitgevoerd te : Hombeek - Mechelen terrein O.C.M.W. - Vekestraat
Voor : Antwerpse Waterwerken N.V.
Hydrologische studie van de zandwinningen in de streek van Mechelen
Door : Smet-Dessel
Datum : 1981
Topografische ligging opgetekend volgens plan op schaal l/l0.000
Geen grondstalen verzameld
Boringsmethode : inspoeling
Opeenvolgende doormeters : Stijghuis : 5,50 m D 50 mm
                         filterlengte : 1 m
Hoogte van het maaiveld : + 11 m
Totale diepte : 8 m


                       Aard der grondlagen

0-1m      :  geelbruine, roestige harde leem.

1-2m      :  geelbruine, roestige kleileem, kalkhoudend.

2-3m      :  bruine tot grijsbruine, harde silteuse leem.

3-4m      :  idem.

4-5m      :  geelbruin, weinig kleihoudend fijn tot zeer fijn
             zand.

5-6m      :  grijsweinig kleihoudend fijn zand.

6-7m      :  idem

7-8m      :  grijs middelmatig, scherp zand.



Interpretatie :

Kwartair : 0.00 - 8.00 m geboord

                                         BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
PLAAT MECHELEN 58E


  N  381 (VII, c) 5e vervolg

  Peilput P2 ab

  Uitgevoerd te : Hombeek-Mechelen terrein O.C.M.W. (Vekestraat)
  Voor Antwerpse waterwerken N.V.
  "Hydrolische studie van de zandwinningen in de streek van Mechelen"
  Door : Smet-Dessel
  Datum : 1981
  Topografische ligging opgetekend volgens plan op schaal l/l0.000
  Geen grondstalen verzameld
  Boringsmethode : spoelboring 
  Opeenvolgende doormeters : stijghuis 5,5O m D 50 mm
                             filterlengte 1 m
  Hoogte van het maaiveld : + 11 m
  Totale diepte : 7,5 m



                   Aard der grondlagen

0-1m     :    geelbruine, roestige kleileem.

1-2m     :    geelbruine, roestige, kalkrijke harde kleileem.

2-3m     :    bruine klei tot silteuse klei, naar onderen toe grijze silt

3-4m     :    grijsbruine silteuse klei, veensporen.

4-5m     :    middelmatig tot fijn grijs zand met compact
              bruin veen.

5-6m     :    grijs, fijn tot zeer fijn zand.

6-7m     :    grijs, fijn tot middelmatig Zand.

7-7,5m   :    grijs, fijn tot middelmatig zand.




 Interpretatie :

  Kwartair : 0.00 - 7,5 m (geboord)

                                         BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
PLAAT MECHELEN 58E


N  381 (VII, c) 6e vervolg

Peilput P3 d

Uitgevoerd te : Mechelen - Hombeek terrein O.C.M.W. (Vekestraat)
Voor : Antwerpse Waterwinningen N.V.
Hydrologische studie van de zandwinningen in de streek van Mechelen
Door : Smet-Dessel
Datum : 1981
Topografische ligging opgetekend volgens plan op schaal l/l0.000
Geen grondstalen verzameld
Boringsmethode : spoelboring
Opeenvolgende doormeters : stijghuis : 35 m  D 50 mm
                           filterlengte : 1,00 m
Hoogte van het maaiveld : +11 m
Totale diepte : 37,5 m



                 Aard der grondlagen

0-1m    :  geelbruine, roestige harde kleileem.

1-2m    :  geelgrijze fijnzandige leem.

3-4m    :  geelgrijs, kalkhoudend, kleiïg fijn zand.

4-5m    :  idem.

5-6m    :  grijs kleiïg fijn zand met sporen van bruin veen.

6-7m    :  grijs, iets kleihoudend middelmatig zand met kleine
           grintfragmenten.

7-8m    :  idem.

8-9m    :  grijs middelmatig zand met talrijke grove grint-
           fragmenten.

9-10m   :  kleiÏg middelmatig tot fijn zand met veenstukjes.

10-11m  :  grijs fijN zand.

11-12m  :  grijs middelmatig tot grof zand.

12-13m  :  grijs, kleiïg middelmatig tot fijn zand.

13-14m  :  weinig kalkhoudend, groengrijs, sterk kleiïg fijn
           zand.

14-15m  :  groengrijs kleihoudend zeer fijn zand.

15-16m  :  grijs fijn kwartszand

16-17m  :  groengrijs kleiïg zeer fijn zand.

17-18m  :  groengrijze silteuse fijne zanden.

18-19m  :  gecontamineerd.

19-20m  :  idem.

20-21m  :  idem.

21-22m  :  idem.

22-23m  :  groengrijze, weinig kalkhoudende silteuse fijn
           zand en met glauconiet.

23-24m  :  groen-grijze silt met glauconiet
           staal sterk gecontamineerd.

24-25m  :  idem.

25-26m  :  groengrijze, glauconietrijke, kalkhoudende silteuse
           klei met Numm. wemmelens5is.

26-27m  :  idem.

27-28m  :  idem.

28-29m  :  gecontamineerd staal   (grof grint) .

29-30m  :  idem.

30-31m  :  idem.

31-32m  :  idem.

32-33m  :  groene, zeer glauconiet rijke silteuse fijne zanden.

33-34m  :  groengrijze, kalkrijke fijne zanden met Nummulites
              variolarius

34-35m  :  idem.

35-36m  :  idem met kalkzandsteenbreuk

36-37m  :  idem.

37-37,5m : idem.



 Interpretatie :

 Kwartair :             0.00 - 12.O00m
 Zand van Asse :       12.00 - 17.00 m
 Klei van Asse :       17.00 - 22.00 m
 Zand van Wemmel :     22.00 - 32.00 m
 Zand van Lede :       32.00 - 37.50 m

                                         BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
PLAAT MECHELEN 58E


N  381 (VII, c) 7e vervolg

Peilput P3 a, b Oost

Uitgevoerd te : Hombeek-Mechelen terrein O.C.M.W.
Voor : Antwerpse waterwerken N.V.
Hydrologische studie van de zandwinningen in de streek van Mechelen
Door : Smet-Dessel
Datum : 1981
Topografische ligging opgetekend volgens plan op schaal l/l0.000
Geen grondstalen verzameld
Boringsmethode : spoelboring
Hoogte van het maaiveld : + 11 m
Totale diepte : l0 m


                Aard der grondlagen

0-lm      :  geelbruine roestige kleileem.

1-2m      :  geelbruine, roestige, kalkrijke harde kleileem.

2-3m      :  idem.

3-4m      :  grijsbruin kalkhoudend silteus fijn zand.

4-5m      :  grijs kleihoudend middelmatig zand.

5-6m      :  grijs kleiïg fijn zand met sporen van veen en
             verspreide  silexkeitjes.

6-7m      :  grijs, middelmatig zand met fijn grint.

7-8m      :  geelgrijs sterk lemig zand met grint.

8-9m      :  grijs middelmatig zand met grintfragmenten.

9-10m     :  kleihoudend, middelmatig tot fijn zand, veen.




Interpretatie :

 Kwartair :      0.00 - l0.00 m