PL. MELLE 55E
R.TAVERNIER
708 (VII)
Waterspanningsmeters nr. 15.
uitgevoerd te MELLE, voor het Ringkanaal
(Bijzondere Dienst van het Stroomgebied der Schelde)
door de firma H. BEHIELS, van WETTEREN.
Topographische ligging opgetekend door Bruggen en Wegen, de 8 April 1943.
Grondstalen verzameld door de opzichter E. Colpaert; Boormeester Smet.
Aanvang der werken : 1 April 1943.
Einde der werken : 6 April 1943.
Boringsmethode : zonder inspoeling.
Opeenvolgende diameters : 250mm.
Einddiameter : 220mm.
Diepte waarop het water voor de eerste maal waargenomen werd : 3m.
Benaderende hoogte van de begane grond, boven de zeespiegel : + 15,51.
Volg- AARD DER GRONDLAGEN Diepte
nummer m.
1 Grijs humeus zand, met houtfragmenten 0.50
2 - 3* Geel bruin leemachtig zand, kalkvrij 1.00 1.50
4 Geel leemachtig zand, kalkvrij 2.00
5- 7 Idem, sterk geaglomereerd 2.50 3.50
8*-12 Geel grijs fijn zand, kalkvrij 4.00 6.00
13 Grijs tamelijk grof zand, kalkvrij 6.50
14 Grof zand met brokstukken vuursteen 7.00
15* Grof grintachtig zand met talrijke gerolde en ge-
broken vuursteen waarop soms windlak 7.50
16 Idem, vermengd met groen glauconiethoudend fijn
zand 8.00
17 Groen glauconiethoudend fijn zand met enkele ge-
rolde vuursteenkeien 8.50
18 Bleek grijze plastische klei 9.00
19 -23* Grijze plastische klei 9.50 11.50
VERMOEDELIJKE AARDKUNDIGE VERKLARING : R. TAVERNIER - 2.V.1946.
Holoceen & Plistoceen : van 0,00 tot 8,50m.
Paniseliaan : van 8,50 tot 11,50m.
---------------------------------------------------------------------------
PL. MELLE 55E
R.TAVERNIER
708 (VIII) (vervolg).
Waarnemingsbron nr. 27,
uitgevoerd te MELLE, voor het Ringkanaal,
(Bijzondere Dienst van het Stroomgebied der Schelde),
door de firma H. BEHIELS, van WETTEREN,
Topographische ligging opgetekend door Bruggen en Wegen,
de 24 November 1942.
Grondstalen verzameld door de opzichter E. Colpaert; Boormeester Smet.
Aanvang der werken : 11 November 1942;
Einde der werken : 21 November 1942.
Boringsmethode : zonder inspoeling.
Opeenvolgende diameters : 300mm.
Einddiameter : 220mm.
Diepte waarop het water voor de eerste maal waargenomen werd : 2.00m.
Benaderende hoogte van de begane grond, boven de zeespiegel : + 15.20.
Volg- AARD DER GRONDLAGEN Diepte
nummer m.
1 Grijs fijn zand 0.50
2 Geelachtig fijn zand, kalkvrij 1.00
3*- 4 Geel leem, kalkvrij 1.50 2.00
5 - 6 Geel grijs leemachtig zand met gerolde vuursteen-
keien, waarop soms windlak 2.50 3.00
7 -11 Geel-grijs fijn leemachtig zand, kalkvrij 3.50 5.50
12*-13 Idem, met talrijke gerolde vuursteenkeien 6.00 6.50
14 -19 Idem, vermengd met licht glauconiethoudend fijn zand 7.00 9.50
20 -21 Grijs glauconiethoudend fijn zand 10.00 10.50
22* Talrijke gerolde vuursteenkeien, met windlak; ver-
mengd met grijze klei 11.00
23 Grijze plastische klei 11.50
24 Idem, vermengd met gerolde vuursteenkeien (inge-
zakt?) 12.00
25 -26*
29 Grijze plastische klei 12.50 14.50
30 -35 Grijze groen fijn glauconietrijk zand, glimmerhou-
dend, geaglomereerd 15.00 17.00
36*-40 Idem, met Num.planulatus 18.00 20.00
41 -49 Zeer fijn grijs groen glauconietrijk zand 20.50 24.50
50 Idem, sterk geaglomereerd 25.00
51* Idem, met groen glauconiet zandsteenstukken 25.50
52 -60* Zeer fijn groen glauconietrijk zand, lichtjes ge-
aglomereerd 26.50 30.00
VERMOEDELIJKE AARDKUNDIGE VERKLARING : R. TAVERNIER - 12.IV.1946.
Holoceen & Plistoceen : van 0,00 tot 11,00m
Paniseliaan : van 11,00 tot 15,00m
Ieperiaan (Yd) : van 15,00 tot 30,00m.
---------------------------------------------------------------------------
PL. MELLE 55E
M. GULINCK
708 (vervolg).
Profiel opgenomen in de funderingskuil van een brug over de Ringvaart
(toegang Schelde).
Schets : profiel
9 : aangebracht.
8 : fijn, grijs zand - met zeer dunne uitrafelende, zwarte, kleiachtige
laagjes.
7 : geelachtig zand, soms roodachtig - onregelmatig gelaagd, met lenzen of
nesten grof zand of leem.
6 : zwart zand en leemachtige klei - zeer fijn gelaagd - kleine breukjes -
niet overal aanwezig !
5 : grijsgroenachtige leem sporen van wortels (monster)
4 : grof zand met keien - bontgekleurd (basis van het Pleistoceen).
3 : fijn, groen zand - gebioturbeerd - soms met lignietachtige stof.
2 : zeer plastische grijsgroene klei- schilferachtig - kleine
nestjes van glauconiet. Enkele gepyritiseerde, slecht bewaarde
fossielen.
Meretrix sp. (volledig), Turritella sp. en andere
gastropoden - kreeftdieren - kleine plantenresten -
foraminiferen.
(facies Plm)
1 : kleiachtig zand, gebioturbeerd - met daaronder fijn zand
zoals op de klei.
M. GULINCK, 29.9.1956.