PL. LEOPOLDSBURG 47W
R. TAVERNIER
246 (VI) Boring no 4
uitgevoerd te Leopoldsburg,
door de firma SMET uit DESSCHEL.
Topografische ligging opgetekend door de Dienst der
Militaire Gebouwen van Leopoldsburg.
Grondstalen verzameld door de boormeester.
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Peil van de watervoerende laag: + 57.18.
Benaderende hoogte van de begane grond: + 62.72 boven de zeespiegel
No AARD DER GRONDLAGEN Diepte m.
1 Bleekbruin fijn zand met nochtans talrijke
grintachtige elementen meestal bestaande uit
grovere kwartskorrels 1.00
2* Fijn witachtig zand, vermengd met grintachtige
elementen en met grint bestaande uit grote
keien van ardenees materiaal (bleke
kwartsiet, zandsteenstukken met gangkwarts,
ook enkele (vuurstenen) 2.00
3*-5* Wit kwartszand glimmerhoudend, middelmatig van
korrel, doch vermengd met talrijke kleine
grintachtige elementen, doorgaans, grove witte
en gekleurde kwartskorrels 3.00- 5.00
6*-8 Idem, doch de grintachtige elementen zijn
minder talrijk 6.00- 8.00
9*-12* Wit kwartszand, rijk aan glimmers, en middelmatig
van korrel 9.00-12.00
13 Fijn wit kwartszand, rijk aan glimmers, lichtjes
geagglomereerd 13.00
14*-15 Idem, maar iets minder fijn van korrel 14.00-15.00
16* Bleek grijs kwartszand, lichtjes
glauconiethoudend, vrij fijn van korrel 16.00
17* Groenachtig glauconiethoudend zand fijn van
korrel, sterk geagglomereerd 16.50
Vermoedelijke aardkundige verklaring (R. TAVERNIER de 23.7.1945)
Plistoceen: van 0.00 tot 16.50m.