PL. LOMMEL 32W Aardkundige Dienst
M.GULINCK van België
394(VII) FILTERPUT put 11
uitgevoerd te Balen-Wezel
bij de fabrieken "Vieille Montagne"
door de N.V. SMET uit Dessel
Datum: augustus 1961
Topographische ligging opgetekend door W.CLAESSENS
volgens plan de 9.5.1961
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode : met inspoeling
Opeenvolgende doormeters : 400 mm - filter 165 mm
Grondwaterstanden : voor de eerste maal waargenomen :
bij ruststand : 7.94 m
tijdend het pompen : 13.92 m
met een debiet van 110.000 l/u
Hoogte van het maaiveld : +47
Totale diepte 140,65 m
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN Diepte m
1-2 Humeus zand 2.00
3-9* witachtig kwartis 1/2 fijn zand 9.00
10-17* Witachtig kwartis 1/2 fijn zand 17.00
18-14 Idem minder fijn 19.00
20-23 Witachtig fijn kwartszand 23.00
24-25-26 Witachtig 1/2 fijn heteromorf zand 26.00
27-30 Bleekgrijs, kwartsig grof heteromorf zand
30-37* Idem hoekige kleine keitjes lenzen grijze klei -
brokjes ligniet 37.00
38*-50* Witachtig zeer fijn, glimmerhoudend kwartszand-heel
zwak glauconiethoudend 47.00
51-54 Idem
55-65* Idem wit groenachtig fijn zand, licht
glauconiethoudend glimmer 65.00
66-73 Bleekgroenachtig grof heteromorf zand, kleiachtige
delen (?) enkele keitjes 73.00
74*-77 Donkergroen (nu geoxydeerd roestig) kleihoudend,
heterogeen zand 77.00
78-90 Glauconietrijk, heterogeen zand, met kleihoudende
delen 88.00
91-100* Grof, donkergroen glauconietrijk zeer heteromorf zand
101-140 Glauconietrijk doorgaans grof tot zeer grof heteromorf
zand plaatselijk kleihoudend (120 m/128m/133 m
AARDKUNDIGE VERKLARING : M.GULINCK de 2.2.1965
Zanden van Mol : 0 - 38.00
Overgangs zand (Casterlien?) : 38.00 - 74.00
Diestiaan s.s. : 74.00 - 140.00
UITTREKSEL VAN HET PROCES-VERBAAL VAN INDIENSTSTELLING
DD. 13.2.1962
WATERZAAK NR 1.003
PUT NR.11
Diepte : 140.65 m
BUIZEN : De onderkant van de filterbuis komt tot een diepte
van 138.94 m. De verbuizing van de put gaat tot 92 m.
Van 92m tot 138.94 m heeft men een Cu-filterbuis
van 150mm.
De begindiameter van de verbuizing bedraagt 500 mm,
terwijl de einddiameter 150 mm bedraagt
WATERSTAND : Bij rust : 7.80 m, onder het maaiveld ;
bij pompen : 13,50 m nadat de pomp
gedurende 20 minuten gelopen heeft aan
een DEBIET van 120 m3/h.
POMP : Onderwaterpomp K.S.B., met een debiet van 125m 3/h
bij een opvoerhoogte van 60 m. De pomp is geplaatst
op een debiet van 24 m. Ze wordt aangedreven door een
electromotor van 30.2 kW bij 2.900 t/min werkend op
een spanning van 380 volt.