022E0230

ADMINISTRATIEVE & TECHNISCHE GEGEVENS
------------------------------------------------------------------------------
Kaart nr.:		22E
PLAAT:		Houthave
Nr.:			230 (VII, b)
Type Boring:	Geotechnische boring B4
Topografische kaart:	12/4
Uitgevoerd te:	JABBEKE
Post nr.:		8490
Adres boorplaats:	Kanaal Brugge- Oostende

Opdrachtgever:	AGEO opdrachtnr.10351-01/020 
Boorfirma:		AGEO
Boordatum:		20.03.2001
Topografie:		kaart 1/10.000
Stalen door:	boormeester 
Boormethode:	droog : spade, lepelboor, pulsboor, steekapparaat 
Lengte & doormeters: 	voerbuizen 151/178 mm

Grondwaterstanden:	
1ste maal:		2.85 m
Bij rust:		
Tijdens pompen:	
Debiet:		
Waterzaak nr.:	
Totale diepte:	5 m
Stalen bewaard:	Ageo
Maaiveld / ref. peil: 	+5.34 m 
X:			060189
Y:			211176
NIS code:		31012

------------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
------------------------------------------------------------------------------
Nr. * Diepte Basis * AARD DER GRONDLAGEN
------------------------------------------------------------------------------
P1	01.50	geelgrijs fijn zand, veenbrokje, stukjes cement en 
baksteen, mosselschelp
P2	02.00	bruin kleihoudend fijn zand, stukje steenkool, stukje 
baksteen, schelpen-resten, een slak
P3	02.50	grijs fijn zand, plaatselijk kleihoudend, stuk baksteen (3 
cm)
P4	03.00	fijn silthoudend bruin zand, mosselschelp, enkele brokjes 
veen, een slak, stuk kalksteen
P5	03.50	kleihoudend fijn zand, veel baksteen en grindjes tot 4 cm
P6	04.00	grijs fijn zand met wat plantengruis en rode steentjes (= 
baksteen)
P7	04.50	grijs fijn zand met wat plantengruis, baksteentjes en 
steenkoolfragmentje 
P8	05.00	grijs fijn zand met wat plantengruis
------------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
------------------------------------------------------------------------------
Top  * basis  *  STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
------------------------------------------------------------------------------
00.00 - 03.50 m Aanvulling 
03.50 - 04.50 m Geroerd 
04.50 - 05.00 m Quartair
------------------------------------------------------------------------------
AUTEUR Tim Polfliet, RUG, 26.03.2001
-------------------------------------------------------------------------------
Opmerking betreffende benaming silt/leem
In de lithologische beschrijving opgemaakt door de geoloog wordt de 
grondsoortbenaming "leem" soms niet of slechts in een zeer specifieke 
geologische context gebruikt. Meestal benoemt men de grondsoort die 
overeenstemt met de granulometrische factie 63 µm – 2 µm als silt, dit conform 
internationale afspraken.
In de geotechnische beschrijving gaat men uit van de grondsoortbenaming 
gangbaar in de Belgische context, waarbij de benaming van de granulometrische 
fractie 63 µm – 2 µm i.f.v. de plasticiteit verder wordt genuanceerd.
-	plasticiteitsindex Ip < 5 : silt
-	plasticiteitsindex Ip > 5 : leem of kleihoudend silt.




BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST

	022E/0230 (VII, b) KAARTBLAD: HOUTHAVEN
p. 1/2

******************************************************************************